Als je vroeg leert bewegen

gescheven door Corien Bosch

Dit jaar is het 50 jaar geleden dat de eerste Haagse Stadsboerderij werd opgericht, de Woelige Stal in de wijk Transvaal. Toen nog ingeklemd tussen huizen, het tramspoor en een benzinestation. Nu is de boerderij onderdeel van het wijkpark. Het jubileum vieren de Stadsboerderijen met een inspiratiebijeenkomst voor medewerkers en vakgenoten waarbij ze vooral naar de toekomst kijken. Dat er nog steeds dieren zullen zijn, ligt voor de hand. Maar welke rol heeft de Stadsboerderij nog meer te vervullen? In ieder geval zorgen dat mensen bewegen, dat we oog houden voor dierenwelzijn en dat we kinderen leren waar hun eten vandaan komt. Hieronder het verhaal van …

Carl Verheijen – Beweegalliantie

“Als je vroeg leert bewegen, neem je dat je hele leven mee.”

Carl Verheijen, zoon van een gymdocent kreeg het bewegen met de paplepel ingegoten. Als langebaanschaatser won hij prijzen op alle belangrijke toernooien. Nu brengt hij met de Beweegalliantie mensen in beweging. Want, we zitten met z’n alleen veel te veel. De Stadsboerderijen ziet Verheijen als een ideale plek om kinderen en hun ouders te laten bewegen. Je kan er rondlopen, spelen, dieren aaien, meedoen aan activiteiten. Je kan op de fiets naar de stadsboerderij toe of de locatie gebruiken als startpunt voor een wandeling door de wijk. Het zijn allemaal beweegminuten.

Per week zou een volwassenen minimaal 150 minuten moeten bewegen om te voldoen aan de eisen van het Nationaal Preventieakkoord. Voor kinderen is dat minstens één uur. Nog niet de helft van de volwassenen haalt het om dagelijks twintig minuten te bewegen. Vóór corona zaten we op 53 procent van de volwassenen. Door de lockdowns zijn wel meer mensen gaan wandelen maar nog meer mensen zijn gestopt met sporten. Nu is het percentage volwassenen dat de norm haalt nog maar 43 procent. Dat is vrijwel hetzelfde percentage als 25 jaar geleden. En dat terwijl de ambitie voor 2040 is dat 75 procent aan de richtlijn voldoet. Want bewegen is dé oplossing voor veel problemen in de samenleving. “Je gaat er beter van nadenken, je krijgt betere conditie, het helpt tegen chronische ziekten, tegen overgewicht, tegen hoge zorgkosten en als je samen beweegt helpt het ook tegen polarisatie” zegt Verheijen

De beweegalliantie is een netwerkorganisatie die erin gelooft dat bewegen net zo normaal is als slapen, tandenpoetsen en het gebruik van je mobiele telefoon. Verheijen: “Wij ruimen obstakels op en stimuleren vernieuwende beweeginitiatieven zodat meer Nederlanders meer gaan bewegen.” Dat hoeft niet meteen in clubverband, juist kleine dagelijkse dingen tellen mee.

Bewegen op de Stadsboerderij

Het is niet de bedoeling van Verheijen dat we nu met z’n alle fanatiek gaan sporten. Wel dat we ieder half uur even in beweging komen. Dat kan al heel laagdrempelig zijn zoals spelen en huishoudelijke klusjes doen. Iets intensiever is fietsen en wandelen en dan komt sporten. De beweegalliantie ondersteunt organisaties die niet in eerste instantie gericht zijn op bewegen maar waar je juist wel heel veel kan bewegen. De alliantie is daarvoor op zoek naar bijzondere plekken die geen typische sportlocatie zijn. Zo kwamen de Stadsboerderijen in beeld. Verheijen was onder de indruk van wat hij daar zag: “Op sommige boerderijen kan je zelfs leren fietsen!”

Verheijen gelooft niet in campagnes en subsidies. Die lopen een paar jaar en houden dan weer op. Als voorbeeld noemt hij een drukke kruising met een klaar-over. Als er meer mensen komen kan je meer klaar-overs inzetten. Als de subsidie daarvoor op is verdwijnen ze weer en is het probleem niet opgelost. Met de beweegalliantie zoekt hij naar blijvende oplossingen zoals het bouwen van een tunnel of een brug.

Om die duurzame bruggen te bouwen werkt de Beweegalliantie langs drie lijnen:
• Beleidsbeïnvloeding, zorgen dat het op de agenda komt bij het rijk, de gemeenten én bedrijven.
• Zorgen dat beweging niet afhankelijk is van subsidies en regelingen.
• Mooie initiatieven in de spotlight zetten die bewegen stimuleren. De kinderboerderijen zijn daar een goed voorbeeld van.

Stadsboerderijen

Hoe passen de Stadsboerderijen nu in dit plaatje? Voor Verheijen ligt dat eigenlijk best voor de hand. Iedereen gaat naar school of werk en doet dingen in z’n vrije tijd. Bewegen op kantoor of tussen de lessen door is belangrijk – opstaan om koffie te halen, elk half uur een rondje lopen. Van de ene plek naar de andere gaan, zorgt ook voor beweging. Neem de fiets, stap een halte eerder uit de tram en loop het laatste stukje. De Stadsboerderijen zijn een plek waar je onbewust veel kan bewegen zoals een Dierenloopje over het terrein. De boerderijen liggen centraal en makkelijk te voet op of de fiets te bereiken. Er moet dan wel een goede, veilige fietsenstalling zijn. Daarnaast zijn ze een mooi startpunt voor activiteiten in de omgeving zoals een wandeling door de wijk waarbij je kan stilstaan bij de planten onderweg of een tocht langs de tien Haagse Stadsboerderijen. Op die manier valt er genoeg te bewegen.